Blog

Het dagelijkse ritueel wat dagstart heet.

Profielfoto van Rob Franken
27 januari 2025 | 2 minuten lezen

Iedere ochtend is het hetzelfde ritueel. De klok slaat negen uur, en het team verzamelt zich, halfvol enthousiasme, rond het dagstartbord. De één staat al uren paraat en straalt een overdosis energie uit (wat zit er in haar koffie?), terwijl de ander zwijgend naar zijn schoenen staart, zichtbaar nog zoekend naar de zin van het leven, of op z’n minst die van vandaag.

Dan begint het. De voorzitter, altijd vrolijk (of dat lijkt tenminste zo), neemt het woord. “Wie heeft de acties van gisteren afgerond?” Even stilte. En dan volgt dé klassieker: “Ehh… Ik zou het doen, maar er kwam even iets tussen.” Het mooie is: er komt áltijd iets tussen. Het ziekenhuis is immers een dynamische omgeving waar patiënten, telefoons en collega’s vaak nét iets urgenter zijn dan dat ene vinkje op je actielijst.

En toch: de dagstart is een onmisbaar ritueel. Dat blijkt al bij het dagstartbord. Dat bord is als een waar kunstwerk, een mengeling van structuur en chaos, waar kleurige post-its de hoofdrol spelen. Die post-its zijn geweldig: ze beloven actie, verbetering en soms een mysterie, zoals: “Check met Piet over die zaak.” Maar welke Piet? Welke zaak? Niemand weet het meer. Dat briefje hangt er inmiddels al drie weken, als een soort relikwie van een onvoltooid verleden tijd.

Er zijn ook altijd de gesprekken over werkdruk en knelpunten. Een collega klaagt dat er geen tijd is voor zijn eigen taken, omdat hij constant wordt gebeld. “Kijk,” zegt iemand anders, “we kunnen dat oplossen door…” en dan volgt een geniale oplossing die uiteindelijk het éne oor in en het andere oor uit gaat, omdat – je raadt het al – er weer iets tussenkomt.

Maar eerlijk is eerlijk: er zijn ook glorieuze momenten. Zoals die keer dat we een ingewikkeld probleem binnen tien minuten oplosten, terwijl het al weken stof lag te vangen in ieders inbox. Of dat moment waarop iedereen spontaan begon te klappen, omdat een collega eindelijk de printer aan de praat had gekregen.

Dan zijn er nog de ongeschreven regels van de dagstart. Regel één: er is altijd iemand te laat. Altijd. Meestal die collega die zegt: “Ik ben nooit te laat, ik werk gewoon flexibel.” Regel twee: koffie is heilig. Je begint de dagstart niet zonder dat iedereen voorzien is van een kopje (of twee). En regel drie: er wordt áltijd gelachen. Soms om een goed grapje, maar vaker om een gênante verspreking of een compleet uit de hand gelopen discussie over wie nu eigenlijk verantwoordelijk is voor die ene actie.

Dus ja, de dagstart is soms rommelig, vol onvoorziene wendingen en af en toe met ongemakkelijke stiltes. Maar het is ook het hart van onze samenwerking. Het is de plek waar we elkaar zien, waar we elkaar helpen en waar we, ondanks alles, er altijd samen sterker uitkomen. En als alles even niet gaat zoals het moet, dan moet het maar even zoals het gaat en gelukkig is er altijd nog koffie.